Bestel je bij Foeders een glas bier, dan is dat glas precies het glas dat hoort bij dat bier: het glaswerk van de brouwerij die het bier gebrouwen heeft. Dat zou niet zo opmerkelijk zijn als Foeders niet 33 bieren van tap zou schenken en dat dat een steeds wisselend aanbod betreft.
Het is typisch voor Yuri Hegge, die het café begin dit jaar opende aan het eind van Ceintuurbaan, een rustig hoekje van de Pijp, vlakbij de Amstel. “Had je dit bier nou net zo goed gewaardeerd in je eigen glas, met je eigen logo?”, vraagt hij een aspirant-biercaféhouder die een glas Lupulus bij hem bestelt. “Dít is een glas”, zegt hij terwijl het in zijn hand bungelt. “Dat heeft uitstraling, dat heeft een gewicht, ligt goed in de hand. Je kijkt naar hun naam, hun logo. Dan heb je respect voor het product waar je mee wilt werken.”
Yuri runde al eerder zijn eigen café in het Belgische Lommel maar kwam naar Nederland om bedrijfsleider van het Amsterdamse Delirium café te worden. De stad en zijn liberalisme bevielen hem meteen uitstekend. “Je bent vrij zolang je een ander maar niet in zijn vrijheid beperkt en wat dat betreft is Amsterdam voor mij het summum.”
Maar bij Delirum hield hij het niet heel lang uit en ook bij Tap Zuid, dat hij mede hielp opzetten, kon hij zich maar moeilijk voegen naar de mores van de Amsterdamse horeca. “Dat komt omdat hoe een Belg een café doet, met bier omgaat, met gasten omgaat, dat heel anders doet dan een Amsterdammer.”
Er zat dus maar één ding op: zelf een café beginnen waar je alles zelf tot in de details regelt. Waar je je klanten iedere dag zelf zeldzaam hartelijk ontvangt, pelpinda’s op de bar legt, witte pens en garnalen (bij de Rodenbach) aanbiedt als biersnack en alleen bier tapt van brouwerijen waar je iemand kent. Maar het is niet alleen om die laatste reden dat er bij Foeders nog behoorlijk wat Nederlands bier op het menu staat. “Nederland is een heel interessant brouwland”, zegt de immer goed geklede uitbater terwijl hij een felpaarse das omknoopt. “Hier gebeuren heel veel leuke en goede dingen.”
Toch stuit het flink toegenomen zelfvertrouwen van Nederlandse brouwers hem als in een biercafé opgegroeide Belg nog weleens tegen de borst. Veel van de honderden Nederlandse brouwers werken zonder eigen gist, merkt hij fijntjes op. “En dan hebben we een gerenommeerd brouwer die op tv, in Leven in de Brouwerij, gaat vertellen dat Nederland België voorbij is als bierland. En juist die brouwer heeft geen eigen gistprofiel.” Yuri moet er hard om lachen. Hij heeft voor veel Nederlandse brouwers grote bewondering maar hij heeft ook nogal eens moeite dit soort “clowneske” uitspraken serieus te nemen.
Of ze nou uit Nederland of België komen, Yuri schenkt alleen bier van brouwers die daadwerkelijk investeren in hun eigen brouwerij en constant zelf bezig zijn hun bier te perfectioneren. “Dan heb je geen tijd om achter een computer te zitten om mooie etiketten te ontwerpen, een mooie auto te bestickeren en mannen met baarden en 22-jarige meisjes met goede decolletés aan te nemen.” Hoe goed het bier van iemand die zijn thuisgemaakte recept elders heeft laten brouwen ook is, bij Foeders komt het er niet in. “Een brouwer heeft een investering gedaan in een brouwerij, zit daar zijn hele leven aan vast en verdient daardoor bij mij meer respect dan die marketingtypes met hun brilcrème-voorkomens.”
Maar hij piekert er niet over om terug te keren naar Belgie. “Juist omdat de Nederlandse consument veel meer openstaat voor allerlei smaken kan ik mijn werk hier met veel meer plezier doen.” In een café in België zou hij alleen beproefde klassiekers als Duvel en Karmeliet en wat streekbieren verkopen, in Amsterdam wil zijn publiek alles proberen. “Dat is een van de honderden redenen dat ik Amsterdam niet meer wil verlaten.”
Dat is goed nieuws want Yuri hamstert ook nog eens bieren van spontane gisting, de geuzes en lambiekbieren. Die rijpen op grote houten vaten en die heten (ja ja): foeders. Op de Ceintuurbaan mogen wij Hollanders daar, als we eenmaal kundig genoeg zijn, van Yuri voorzichtig aan komen snuffelen.
Snobistisch? Als je in Foeders een pilsje bestelt, wordt je er niet boos weggekeken door een hip type met een baard, maar net zo hartelijk ontvangen door een kleine Belg met grote persoonlijkheid.
