PaasIJ het lentebier van Amsterdam

Bierblog Jim Jansen: ode aan de PaasIJ

Jim Jansen schreef voor ons al eerder een ode aan de IJwit. In de lente neemt zijn enthousiasme voor ons bier nog grotere vormen aan dan normaal. Hij onderzocht wat de PaasIJ toch zo geliefd maakt en kwam tot de vijf onderstaande redenen.

PaasIJ
‘De lente is begonnen’, twitterde ik op 24 februari van dit jaar. De thermometer gaf min drie aan, qua gevoelstemperatuur leek het alsof we ons in Siberië bevonden, en in Friesland werd al gespeculeerd over de Elfstedentocht. Ik had echter net mijn eerste PaasIJ van tap genuttigd. Voor mij het startsein dat de winter definitief voorbij was met een nieuw seizoen in aantocht. Daarom behoren de lentebokbieren in het algemeen en de PaasIJ in het bijzonder, tot mijn favoriete bieren. Niet alleen om de smaak, maar vooral om het gevoel.

Wat onderscheidt gewoon pilsje van een speciaalbier en wanneer is een speciaal biertje ook echt speciaal? Deze welhaast filosofische vraag is eingelijk onmogelijk te beantwoorden. Natuurlijk draait het om ingrediënten, om alcoholpercentage, maar het is vooral een kwestie van smaak. En over smaak, dat weten we, valt niet te twisten. Toch beschouw ik PaasIJ als een van mijn all time favoriete bieren, maar waarom dat is weet ik niet exact. Ik som vijf punten op die bijdragen aan deze persoonlijk en wetenschappelijk niet geverifieerde voorkeur.

De eerste keer
De eerste keer dat je iets bijzonders doet of drinkt, zal op een een bepaalde manier altijd bij je blijven en op een onverklaarbare reden in je hersenen staan gegrift. De eerste keer dat ik een wedstrijd van Ajax bezocht, heerlijk cliché aan de hand van mijn vader, vergeet ik bijvoorbeeld nooit meer. Ajax werkte zijn wedstrijden nog af in stadion de Meer in de Watergraafsmeer en namen het die dag op tegen Helmond Sport. Niet alleen won Ajax met 5-0, ook Johan Cruyff, toen nog gewoon voetballer, nam een strafschop in tweeën en scoorde vervolgens. Deze penalty geldt nog steeds als een van de meest memorabele momenten uit de Nederlandse voetbalhistorie en het was mijn eerste keer.

Mijn eerste PaasIJ staat mij ook nog helder voor de geest. Het moet bijna twintig jaar geleden zijn en ik had een vriendin in Basel. Als ik vanuit Amsterdam naar Zwitserland vloog, moest ik twee dingen meenemen. Augurken van Albert Heijn en een paar flesjes Zatte. Toen ik bij het proeflokaal een voorraadje wilde halen, was er voor het eerst PaasIJ, hetgeen ik als verrassing voor haar meenam. Dat het nieuwe bier smaakte, is eufemistisch uitgedrukt en wat er daarna gebeurde, is geschiedenis. De vriendin van toen is mijn vrouw van nu en nog wekelijks komen we bij de Funenkade. In deze periode van het jaar drinken we natuurlijk PaasIJ.

Water
Hoewel ik er geen scheikundig onderzoek naar heb gedaan, zorgt vooral het water dat een PaasIJ smaakt zoals hij smaakt. Nergens is het water zo lekker als in Amsterdam en rechtstreeks uit de bron, zonder tussenkomst of transport, wordt er bier van gebrouwen. Om een bevriend brouwer te citeren: ‘Waar normale mensen de wc mee doorspoelen, daar maken wij bier van. En dat is verdomde lekker.’

Schaarste
Vraag een willekeurige psycholoog wat het fenomeen schaarste met mensen doet en het antwoord zal helder zijn: een markt creëren. Dat geldt zeker ook voor PaasIJ. Het bier is slechts een week of vijf verkrijgbaar en vaak moet een willekeurige slijter of kroegbaas nee verkopen. Wat doe je dan als het er wel is? Inderdaad, er nog eentje bestellen omdat hij de bij de volgende gelegenheid zomaar op kan zijn. En in het geval van dit seizoensbier moet je dan meteen weer een jaar wachten.

Stoer
De PaasIJ is mijns inziens het stoerste bier uit het steeds groter wordende assortiment van het IJ. Dat heeft met verschillende zaken te maken. Zo is het alcoholpercentage precies goed. Het is geen Columbus die ik bij voorkeur in huiselijke kring op de bank nuttig, maar ook weer geen Flink waar de alcohol nauwelijks waarneembaar is. Zeven procent is precies goed. Stevig zonder destructief te worden en door fruitige smaak en de toevoeging van koriander, een ideaal doordrinkbier.

Allemansvriend
Over smaak valt niet te twisten zei ik al eerder. Ga een avond in het café zitten en ja kan uren bomen over waarom IPA welhaast populairder lijkt te zijn dan een traditionele Trappist en wat de ene ale precies van de andere onderscheidt. Zoveel mensen, zoveel voorkeuren. Ik heb een selecte steekproef gedaan onder vrienden en bekenden en wat blijkt: de PaasIJ is een vriend van ons allemaal. Wellicht om bovenstaande redenen, maar vooral omdat het gewoon een lekker bier is waar je niet over moet schrijven, maar die je moet drinken. Bij voorkeur met vrienden in de zon. Proost.

 

Jim Jansen bezoekt al sinds mensenheugenis ons proeflokaal en is hoofdredacteur van New Scientist

Jim Jansen

Bierblog Jim Jansen: ode aan de PaasIJbrouwerijhetij
0

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *